23 mei Apenpokkenvirus
Onderstaande informatie komt van de website van het RIVM.
Symptomen
De verschijnselen van een besmetting met monkeypox lijken op die van een besmetting met pokken, maar verloopt in het algemeen veel milder. De ziekte begint vaak met:
- koorts
- hoofdpijn
- spierpijn
- gezwollen lymfeklieren
- rillingen
- moeheid
Na 1-3 dagen krijg je een uitslag die meestal in het gezicht begint en die daarna over het hele lichaam verschijnt. Deze uitslag begint met vlekken die overgaan in blaasjes. Na het indrogen van de blaasjes blijven korsten over die uiteindelijk na 2-3 weken van de huid afvallen.
Verspreiding
De meeste mensen krijgen de ziekte na contact met een besmet mens of dier die het virus bij zich heeft. Het virus kan binnendringen via je slijmvliezen (bijvoorbeeld mond, neus, ogen), open wondjes (niet per se zichtbare wonden). Het virus kan zich ook verspreiden via druppels uit blaasjes of uit de mond-keelholte, maar niet via zwevende druppeltjes in de lucht.
Bron- en contactonderzoek
Als iemand positief test voor monkeypox, dan start de GGDGemeentelijke Gezondheidsdienst het bron- en contactonderzoek. Bij dit onderzoek probeert de GGD te achterhalen waar de besmetting mogelijk heeft plaatsgevonden en met wie er nog meer contact is geweest.
Isolatie
Als je positief test op monkeypox moet je in isolatie blijven. Je mag dan geen contact met anderen hebben tot alle klachten voorbij zijn. Bij monkeypox is daarvan sprake als alle korsten – die de blaasjes veroorzaken – van je huid zijn afgevallen.
Quarantaine
Hoog-risicocontacten van geïnfecteerde personen moeten in quarantaine. Dit zijn bijvoorbeeld mensen waarmee je seks hebt gehad en je gezinsleden, of anderen die in contact zijn geweest met je huidblaasjes. De GGD bekijkt per situatie wanneer dit noodzakelijk is en heeft overlegt hierover zo nodig met het RIVM.
Vaccinatie
Het Monkeypox-virus lijkt sterk op het virus dat de ziekte ‘pokken’, veroorzaakt. Pokken komt niet meer voor in de wereld door het succes van vaccinatie ertegen. De pokkenvaccinatie was onderdeel van het Rijksvaccinatieprogramma tot de jaren 70, maar na het verdwijnen van pokken, is deze gestaakt.
Het pokkenvaccin kan in de eerste dagen na mogelijke besmetting (post-expositie profylaxe) gebruikt worden. Het vaccin kan ook gebruikt worden als bescherming vooraf voor mensen met een grotere besmettingskans.